Spraakopdrachten
U kunt het apparaat besturen met behulp van
spraakopdrachten. Zie ‘Spraakgestuurd bellen’ op
pag. 35 voor meer informatie over de uitgebreide
spraakopdrachten die door het apparaat worden
ondersteund.
Instrum.
126
Copyright © 2006 Nokia. All rights reserved.
Als u uitgebreide spraakopdrachten voor het starten van
toepassingen of profielen wilt activeren, moet u de
toepassing
Spraakopdr.
en de bijbehorende map
Profielen
openen. Druk op
en selecteer
Instrum.
>
Spraakop.
>
Profielen
. Het apparaat maakt spraaklabels
voor de toepassingen en profielen. Nu kunt u in de
standby-modus uitgebreide spraakopdrachten
gebruiken door de rechter selectietoets (
) ingedrukt
te houden als u een spraakopdracht uitspreekt. De
spraakopdracht is de naam van de toepassing of het
profiel in de lijst.
Als u meer toepassingen aan de lijst wilt toevoegen,
selecteert u
Opties
>
Nieuwe toepassing
. Als u een
tweede spraakopdracht wilt toevoegen waarmee u de
toepassing kunt starten, gaat u ernaar toe, selecteert u
Opties
>
Opdracht wijzigen
en voert u de nieuwe
spraakopdracht als tekst in. Vermijd hele korte namen,
afkortingen en acroniemen.
Als u de instellingen van spraakopdrachten wilt wijzigen,
selecteert u
Opties
>
Instellingen
. Als u de synthesizer
wilt uitschakelen die herkende spraaklabels en
opdrachten in de geselecteerde apparaattaal afspeelt,
selecteert u
Synthesizer
>
Uit
. Als u het leren van
spraakherkenning opnieuw wilt instellen, bijvoorbeeld
wanneer de hoofdgebruiker van het apparaat is veranderd,
selecteert u
Spraakaanp. herstellen
.